Vlamsla wordt al eeuwenlang verbouwd. Wij informeren u over de oorsprong en geschiedenis van de smakelijke salade.

De veldsla is een van de meest populaire slasoorten in Duitsland. Vooral in de winter vrolijkt hij menig liefhebber op met zijn nootachtige aroma en rijke voedingsstoffen. In zijn wilde vorm komt de vitaminebom veldsla waarschijnlijk oorspronkelijk uit de gebieden tussen het Europese en Aziatische continent. Er kan worden aangenomen dat het al in het Neolithicum in het wild groeide en als medicijn voor verschillende rituelen werd gebruikt. Veldsla, ook wel veldsla genoemd, werd voor het eerst gebruikt als onkruid voor medicinale doeleinden, vooral in kloosters, wat bekend is uit rapporten uit de 16e eeuw… Maar de verspreiding ervan is in de loop der eeuwen enorm toegenomen: vanaf de Canarische Eilanden naar gebieden in Noord-Afrika tot in de Kaukasus en natuurlijk in Europa, veldsla groeit prachtig en wordt met plezier gegeten.
Lamsla en zijn groeiende populariteit
Mensen telen pas sinds de vorige eeuw veldsla. Het staat ook bekend als wijnsalade en is, samen met enkele andere groene salades en koolsoorten, die het goed doen in de koele wintermaanden, bijzonder populair in die tijd van het jaar. Door het hoge vitaminegeh alte van bètacaroteen via vitamine B1, B2 en B3 is het een uitstekende leverancier van voedingsstoffen. Daarnaast bevat het ook tal van essentiële oliën die de salade een speciaal tintje geven. Vanwege de nootachtige nuances wordt de sappige sla ook wel nootmuskaat of in Zwitserland nootmuskaatsalade genoemd.



Regionaliteit bevordert de verspreiding van veldsla
In de Duitse buitenteelt staat veldsla op de tweede plaats achter ijsbergsla met maar liefst 2417 hectare teeltoppervlak. De grootste teeltgebieden bevinden zich in de deelstaatRijnland-P alts wordt hier ruim 40 procent aangeplant, gevolgd door Baden-Württemberg en Nedersaksen. Door professionele teelt zijn geleidelijk verschillende soorten gekweekt, die ook geschikt zijn om in de eigen tuin te planten. Helaas worden de oorspronkelijke, wilde variëteiten vaak verdrongen door de nieuwe variëteiten die beter passen bij grootschalige teelt. Een reden te meer om te vertrouwen op oude en ambachtelijke rassen in eigen tuin om de diversiteit van veldsla te behouden.